Tandenpoetsen
Een gebit met een beugel heeft extra aandacht nodig. Zo moet er vaker en langer gepoetst worden. De kans op gaatjes en verkleuringen is namelijk groter. Moeilijk is het niet, want de principes zijn hetzelfde als bij het poetsen zonder beugel:
- Gebruik een zachte tandenborstel
- Kies een tandpasta met fluoride
- Maak kleine draaiende bewegingen
- Zet de tandenborstel in een rechte hoek op de tanden
- Hou een vaste volgorde aan:– Eerst de bovenkaak, van de kiezen linksachter, langzaam naar voren en dan door naar de kiezen rechtsachter– Eerst de buitenkanten, dan de kauwvlakken van de kiezen, vervolgens de binnenkanten. Dan hetzelfde bij de onderkaak, van de kiezen linksachter langzaam naar voren en door naar de kiezen rechtsachter– Ook weer eerst alle buitenkanten, dan de snijvlakken van je kiezen, vervolgens de binnenkanten.
- Geef niet teveel druk
- Blijf steeds drie tellen op dezelfde plek poetsen en ga dan door naar het volgende stukje van je gebit
- Poets vooral ook je tandvlees mee
- Zo hoort iedereen zijn gebit schoon te houden. Maar met een beugel – en met een vaste beugel helemaal – is het zaak dat alles schoon blijft. Dus:
- Poets elke keer nadat je iets gegeten hebt volgens de bovenstaande techniek
- Zet de tandenborstel schuin boven op de draden en slotjes zodat je als het ware in je beugel poetst. Doe hetzelfde van onderaf
- Spoel tussendoor af en toe je mond
- Gebruik na het poetsen een ragertje om de randen van de slotjes en de achterkanten van de draadjes schoon te maken
- Check in de spiegel of er echt niets is achtergebleven in de apparatuur